In 1993 bezoekt Boudewijn Buch het eiland Floreane, één van de Galapagoseilanden, waar in de jaren dertig drie Duitse stellen woonden.
Als eerste trok de Duitse tandarts Friedrich Ritter naar het eiland. Samen met zijn minnares Dore Strauch zou hij er de ideale samenleving gaan opbouwen. Een nogal excentriek stel. Thuis hadden ze al hun tanden laten trekken. Ze zouden immers vegetarisch gaan leven in het paradijs. Saillant detail: ze deelden één kunstgebit, van roestvrijstaal. Verder liepen ze bij voorkeur naakt rond.
Een paar jaar later kwamen nog twee stellen naar het eiland. Een 40-jarige Oostenrijkse barones die er twee jonge minnaars op nahield en de degelijke familie Wittmer met hun 12-jarige zoon.
Büch interviewt in zijn tv-programma de dan inmiddels 88-jarige mevrouw Wittmer met als doel antwoord te krijgen op een reeks vragen: wie heeft de tandarts vergiftigd? Was Dore Strauch echt krankzinnig geworden nadat ze in 1934 terugkeert naar Duitsland, en waar is de barones gebleven? Samen met een van haar minnaars verdwijnt de barones op een raadselachtige manier van het eiland.
Boudewijn Büch gooit al zijn charmes in de strijd, maar het enige wat Frau Wittmer zegt is dat hij haar boek moet lezen, dat ze 1959 had geschreven. Dit had Boudewijn Büch natuurlijk allang gedaan. Eerste druk, vermoed ik.