Rutger Bregman: Armoede maakt dom

WAAROM WE IEDEREEN GRATIS GELD MOETEN GEVEN

Geen dak boven je hoofd, wel een biertje. Geen geld voor schoolboeken, wel voor hamburgers. Armoede maakt dom, aldus Rutger Bregman, schrijver van het boek Gratis Geld voor Iedereen. En mensen die domme dingen doen, kosten de samenleving veel geld. De oplossing moet volgens Bregman niet worden gezocht in het managen van het probleem, maar in het oplossen ervan. Armoede is vooral een gebrek aan geld. Geld geven dus. Door Nicolline van der Spek.

Een snelle prater en gedurfd denker. De historicus Rutger Bregman is trending topic. Hij is zien geweest bij VPRO Tegenlicht en schrijft voor het onlineplatform De Correspondent. In september 2014 verscheen zijn derde boek: Gratis geld voor iedereen. In dit boek speelt hij met een naar eigen zeggen hoopvolle denkrichting; die van het basisinkomen: de meest efficiënte manier om armoede te bestrijden.

‘Gratis geld voor iedereen is uiteraard een utopie’, geeft hij onmiddellijk toe. ‘Het basisinkomen is een vergezicht dat vele varianten kent en je stapje voor stapje moet doorvoeren. Ik zou zeggen: laten we beginnen bij de mensen die onder de armoedegrens leven. Dat zijn er in Nederland zo’n 1,2 miljoen. Duur? Het gaat juist om een triviaal laag bedrag. Om alle mensen uit de armoede te tillen, zou je 2,1 miljard euro moeten uitgeven. Ter vergelijking: de zorgkosten bedragen 94 miljard per jaar. Wel eens in een ziekenhuis gelopen..? Daar zie je naast veel ouderen, ook veel arme mensen. Arme mensen leven ongezonder. Ze roken meer, drinken meer, sporten minder, gaan vaker naar McDonalds en kampen vaker met overgewicht.’

Waarom leven arme mensen ongezonder?

‘Thatcher omschreef armoede als een fundamenteel karaktergebrek, maar dat is het niet. Armoede is een geldgebrek. Het gaat om de context van armoede. Een context waarin iedereen domme dingen zou doen. Met dom bedoel ik schulden aangaan die je niet kunt aflossen, je kinderen slecht opvoeden, ongezond eten etc. De vraag is: wiens schuld is het? Ligt het aan de context of aan het individu? Met de ‘context’ bedoel ik puur dat je in armoede leeft. Om Thatcher van repliek te dienen: jij en ik zouden precies dezelfde dingen doen als we onder de armoedegrens zouden leven.’

Dus armoede maakt dom?

‘Leven in armoede kost je 13 punten aan IQ, volgens onderzoekers van de Universiteiten van Harvard en Princeton. Dat is vergelijkbaar met aangeschoten zijn of een nacht niet slapen. George Orwell heeft een tijd in armoede geleefd en omschreef de essentie ervan: armoede vernietigt de toekomst. Zo is het. Armoede slokt je op. Je kunt aan niets anders meer denken. Door die voortdurende geldstress ga je fouten maken. Het is goed vergelijkbaar met tijdgebrek. Mensen die weinig tijd hebben, gaan ook fouten maken. Het grote verschil is dat je van armoede geen vrij kan nemen.’

Toch snap ik het niet. Geen eten voor de baby, wel een joekel van een flatscreen in de kamer. Welke ratio zit daar achter?

‘Stel je leeft onder de armoedegrens en hebt dus een inkomen lager dan 960 euro per maand. Dan ben je kampioen in het nemen van korte termijn beslissingen. De eindjes aan elkaar knopen is je tweede natuur. Lastiger is het om beslissingen te nemen voor de lange termijn. Er is namelijk geen lange termijn.

Dan ineens heb je een extraatje van 200 euro. Sparen heeft geen zin, want na een week is die 200 euro verdampt. Het is opgegaan aan eten, schoolgeld of aan een familielid die ineens op de stoep staat en nog geld van je krijgt. Als je arm bent, is het dus verstandiger om dit geld gelijk uit te geven. The best way to save it is to spend it. Op micro-niveau werkt het. Op macro-niveau is het funest.’

Waar moet je beginnen als het gaat om het bestrijden van armoede?

‘Ik zou zeggen bij het aanpakken van de armoede onder kinderen. Die is enorm gegroeid. Sinds 2007 zijn er 128.000 kinderen bijgekomen, die onder de armoedegrens leven. De totale teller staat op 400.000. Dat is een ramp. En niet alleen voor die kinderen. De kosten van deze maatschappelijke armoede onder kinderen zijn op termijn heel groot. De kinderen worden slechter opgevoed. Door lagere scholing is over tien á twintig jaar de productiviteit minder, waardoor er minder belasting binnenkomt. De kosten voor de zorg worden hoger doordat de kinderen slechter eten en vaker kampen met overgewicht.

Simpelweg door het geven van geld til je deze kinderen uit de armoede. Wat is nou 2,1 miljard? We geven in Nederland 6 miljard euro uit aan werkloosheidscursussen en allerlei andere trainingen, waarvan menig keer is aangetoond dat het niet werkt. De professor die ik hierover sprak, Eldar Shafir (psycholoog aan de Universiteit van Princeton), zei over die trainingen: ‘Het is ongeveer hetzelfde als wanneer je mensen leert zwemmen en ze vervolgens in de oceaan gooit’. Je leert wel wat van die cursussen, maar het is niet genoeg. Wat we aan het doen zijn is symptoombestrijding, maar de context van armoede is zo overweldigend dat symptoombestrijding alleen niet genoeg is.’

Je moet de problemen niet managen, maar oplossen is je boodschap?

‘Precies. Het daklozenbeleid is een fascinerend voorbeeld. Hiermee wordt wereldwijd geëxperimenteerd, en keer op keer blijkt dat als je gewoon het kernprobleem van een dakloze aanpakt je veel goedkoper uit bent. Vergis je niet, menig dakloze tikt de Balkenende-norm aan qua kosten voor de samenleving. Dat loopt richting de twee ton per jaar. Toch kiezen we steeds weer voor symptoombestrijding: politieagenten die zwervers van hot naar her sturen, dokters die zwervers behandelen en vervolgens weer op straat zetten, hulpverleners die slechts pleisters op wonden plakken. Ik ben helemaal niet anti-hulpverlening, maar ik denk wel dat we in Nederland een hele industrie hebben opgetuigd, die heel duur is en weinig levert. De crux is dat we maar blijven denken dat het probleem bij het individu ligt. Als we dat individu nog maar weer een keer trainen en blijven uitleggen hoe hij zijn leven anders kan inrichten, dan komt het wel goed. Nee dus. Het probleem van een dakloze is dat hij geen dak heeft. Housing first, het daklozenbeleid dat in steeds meer steden in de wereld wordt uitgevoerd, blijkt een groot succes. Investeren in een dakloze levert twee tot drie keer zoveel geld op als dat het kost, zo blijkt uit een studie van het ministerie van Volksgezondheid. Het resulteert in minder criminaliteit, lagere zorgkosten, minder schooluitval, hogere productiviteit, waardoor mensen meer belasting gaan betalen etc. Ik noem het een win-win-win-win beleid. Iedereen wint! De burgers winnen, want de buurt wordt leefbaarder, verzekeringsmaatschappijen profiteren, politici profiteren, de fiscus profiteert en niet te vergeten: de dakloze zelf. En wat hebben we te verliezen? Het managen van dit soort problemen is vaak vele malen duurder dan het oplossen ervan.’

De Regenboog Groep werkt met maatjes. We helpen bijvoorbeeld mensen die grote financiële schulden hebben door ze te koppelen aan een maatje. Deze vrijwilliger helpt met het op orde brengen van de administratie. Zie je daar brood in?

‘Zeker, maar het is niet genoeg. Je moet mensen naast begeleiding ook de middelen geven om uit hun situatie te komen. Dus naast een maatje ook geld geven.’

Je bedoelt een basisinkomen?

‘Waarom niet?’

Is de tijd daar wel rijp voor?

‘Het hangt in de lucht. Toen ik in oktober 2013 over het basisinkomen begon te schrijven kwam ik de term nauwelijks tegen. Nu leeft het heel erg. Hier, in België, Zwitserland en Duitsland, maar ook in de Verenigde Staten. Het is ook zeker geen nieuw idee, maar er lijkt wel steeds meer momentum te zijn. In ieder geval hebben we nu te maken met een verzorgingsstaat die op peperdure en inefficiënte wijze de symptomen van armoede bestrijdt. Probeer het eens op een andere manier. Experimenteer met het basisinkomen. Natuurlijk gaan er dan gelijk weer allerlei mensen steigeren. Die gaan dan roepen: is het wel haalbaar? Moet het niet eerst door het CPB doorberekend worden? Alsof het kiesrecht er in één keer was. De verzorgingsstaat is zo ook niet tot stand gekomen, de democratie evenmin. Ik zie het basisinkomen als een hoopvolle gedachte die stapje voor stapje kan worden doorgevoerd. Wie in de achttiende eeuw had geroepen dat de slavernij zou worden afgeschaft, werd ook voor gek verklaard. Het is een utopie, een vergezicht. Maar we kunnen morgen beginnen met experimenteren.’

Door wie wordt het idee van het basisinkomen eigenlijk omarmd, door links of rechts?

‘Zowel voor rechts als links heeft het basisinkomen aansprekende elementen. Als je rechts bent dan geloof je in de kracht van het individu en heb je een grote afkeer van de betutteling van Vadertje Staat. In dat opzicht ben ik knetterrechts. Aan de andere kant – en dat is weer links – geloof ik dat je mensen wel de middelen moet geven om iets van hun leven te maken. Ik ben dan ook voor een grote overheid in termen van herverdeling en ben tegen een grote overheid als het gaat om controleren en betutteling. Wat we nu hebben is een grote overheid in termen van betutteling en een steeds kleiner wordende overheid in termen van herverdeling.’

De Regenboog Groep richt zich op kwetsbare Amsterdammers. Onder hen chronisch alcoholisten. We geven ze gratis bier in ruil voor papier prikken op straat. In je boek omschrijf je het werk dat mensen in de bijstand moeten doen als vernederend. Hoe kijk je aan tegen dit papier prikken?

‘Prima! Het is nuttig werk. Afvalprikkers leveren een grotere bijdrage aan de samenleving dan menig bankier. Het is ook zeker niet vergelijkbaar met het werk dat veel mensen in de bijstand moeten doen: nietjes uit documenten halen bijvoorbeeld. Dostojevski omschreef in zijn boeken de hel als een plek waar mensen voortdurend nutteloos werk moeten doen. Zo gaan wij nu ook om met mensen in de bijstand. Eigenlijk zeggen we: je bent overbodig, doe dan ook maar nutteloos werk. Ik ken geen beter systeem om mensen langer aan de onderkant van de samenleving te houden.’

Nu we het toch over alcoholisten hebben: in je boek geef je een aantal voorbeelden waaruit blijkt dat daklozen niet gelijk naar de slijter rennen als je ze gratis geld geeft. Dat zou je wel verwachten. Hoe zit dit?

‘Dat heeft te maken met de hoeveelheid geld die je geeft. Als ik vandaag op straat aan een dakloze 10 euro zou geven, weet ik donders goed wat hij ermee gaat doen. Wat kun je er anders mee doen dan een paar biertjes kopen? Het verschil met het experiment met de daklozen in The City van London is dat zij geen tientje kregen maar 3000 pond. Ze kregen 3000 pond met de boodschap erbij: wij geloven in jou. Wij willen jou de kans geven om helemaal zelf je keuzes te maken. Als jij het wilt uitgeven aan alcohol en drugs, ga je gang. Maar dat deden ze niet. Ze gingen minder roken en drinken. En nee, dat verbaast me niet. Het past in de theorie dat wanneer je de context van armoede opheft, je mensen weer een bredere horizon geeft. Een toekomst. Het nemen van korte termijnbeslissingen (lees: domme beslissingen) stopt. Als je een horizon hebt van een dag, dan is de keuze voor een biertje heel erg rationeel. Waarom zou je je dan druk maken over je gezondheid? Je hebt nu stress en iedere keer als je een sigaret rookt of een biertje drinkt, dan zakt die stress een beetje. Vanuit dat perspectief is het juist hartstikke slim om die sigaret op te steken of dat biertje te drinken. Als je het perspectief weet te verbreden door mensen geld te geven, dan gaan ze andere beslissingen nemen. Dit past ook helemaal in het verhaal van zelfredzaamheid, dat nu zo bon ton is. We moeten het doen op eigen kracht. Ik geloof daar ook in, alleen wordt zelfredzaamheid nu gezien als: wij geloven in jou, zoek het zelf maar uit. De doe het lekker zelf samenleving zeg maar. Het punt is dat je mensen eerst de middelen moet geven wil je bereiken dat ze de juiste beslissingen nemen.’

De Jubileumkrant, De Regenboog Groep.

Dit interview is geschreven door Nicolline van der Spek | Freelance schrijver | Inzetbaar voor: online copy * jaarverslagen * reizen/travel * interviews * achtergrondverhalen * SEO * commercieel * redactioneel * nieuwsbrieven –  contact?

(Foto: Merlijn Michon)

Nicollinevanderspek.nl