Minder vlees, dubbele winst

De veehouderij is wereldwijd een van de grootste veroorzakers van broeikasgassen. De oplossing ligt op ons bord. Wat levert minder vlees eten eigenlijk op aan klimaatwinst? Een internationaal onderzoeksteam, onder leiding van de Leidse milieuwetenschapper Paul Behrens rekende het uit.

“Wanneer de 54 rijke landen vrijwel afstappen van dierlijke producten, levert dit een stuk land op ter grootte van de EU. Geef je dat terug aan de natuur, dan haal je op de lange termijn 100 miljard ton extra CO2 uit de atmosfeer.” Dat komt overeen met veertien jaar de huidige uitstoot van alle landbouw in de wereld. Het was een eyeopener, ook voor Behrens zelf. “Ik wist wel dat minderen met vlees land zou opleveren, maar zoveel had ik niet gedacht!”
De Leidse milieuwetenschapper schreef vaker over de impact van voeding op het klimaat. In 2020 verscheen zijn populairwetenschappelijke boek The Best of Times, The Worst of Times: Futures from the Frontiers of Climate Science, waarin hij de mogelijke toekomst van de mensheid beschrijft in hoofdstukken van pessimisme en hoop. Twee daarvan gaan over ons voedselsysteem. Die moet op de kop, aldus Behrens. “Om te beginnen moeten we veel minder eten weggooien. Op dit moment is dat wereldwijd zo’n 35 % van onze voeding. Daarnaast moeten we ons eten veel efficiënter produceren. Nu gaat een derde van de landbouw op aan veevoer. Maar de grootste impact heeft minderen met vlees, naar hooguit eens per week een klein stukje.” Zelf is hij een paar jaar geleden gestopt. Cold-turkey. “Ik dacht: ik ga het vlees in de curry’s vast heel erg missen, maar na een maand taande ik niet meer naar vlees.” Ook onder zijn studenten leeft vegan enorm, valt hem op. De tijd zit mee. De supermarkten zijn om, de restaurants zijn om. “Vroeger kreeg je een plak kaas als je in een restaurant iets vegetarisch wilde eten, nu kun je nu kiezen uit de lekkerste gerechten.”

Uitstoot
Terug naar de boosdoener, de koe, die funest is voor ons klimaat. Allereerst door het methaan dat het dier uitstoot: een veel sterker broeikasgas dan kooldioxide. Geen ramp als het bij die ene koe blijft, maar wereldwijd lopen er 1,5 miljard runderen rond. Al die koeien bij elkaar zorgen voor net zoveel uitstoot als alle auto’s die er op de wereld rondrijden. Om nog maar te zwijgen van de landbouwgrond die nodig is om het veevoer te telen. De totale oppervlakte die gebruikt wordt voor veehouderij beslaat 80 procent van de landbouwgrond, ofwel 35 % van alle bewoonbare grond in de wereld. Dat levert uiteindelijk een sappig stukje vlees op, maar zoals bekend ook grote ecologische problemen.

Helaas wordt goede grond schaars. En dat is niet zonder risico. Grond is nodig om CO2 uit de lucht te halen, maar dat lukt steeds minder omdat we de grond verarmen ten behoeve van het telen van veevoer.

Ontdekkingsreis
Allemaal veganist dan maar? Bij voorkeur wel en zo’n straf is dat helemaal niet, volgens Behrens. “Zie het als een ontdekkingsreis. Er zijn meer dan 250.000 planten op de wereld, daarvan liggen er slechts 150 op ons bord. Kun je nagaan hoeveel meer smaken er nog zijn die we kunnen ontdekken. Een goed voorbeeld is Kernza, een graansoort met extreem diepe wortels dat niet elk jaar ingezaaid hoeft te worden. Het is een doorlevend gewas. Daardoor hoeven de velden niet te worden omgeploegd, wat minder CO2-uitstoot oplevert. Het probleem met Kernza is alleen dat je veel meer ruimte nodig hebt om het te telen dan graan. Maar goed, als we door te minderen met vlees een stuk land vrijmaken zo groot als de EU, dan lukt dat makkelijk.”
Brengt ons bij de bodem, misschien wel de heilige graal als het om klimaatverandering gaat. Behrens lacht. “In mijn vak struikel je over de heilige gralen, of het nu gaat om zonne-energie, wind of transport. Ze zijn vaak pas effectief mits op grote schaal toegepast, maar het is waar: grond is belangrijk en zien we nog te vaak over het hoofd. We kijken naar de flora en fauna en te weinig naar wat er onder de grond gebeurt. Wist je dat er in een theelepel goede grond meer organismen zitten dan dat er mensen op deze aarde rondlopen?”
Helaas wordt goede grond schaars. En dat is niet zonder risico. Grond is nodig om CO2 uit de lucht te halen, maar dat lukt steeds minder omdat we de grond verarmen ten behoeve van het telen van veevoer. Groen asfalt, ook Behrens schrijft erover en parafraseert Mark Twain: Buy soil, they’re not making more of it. Of eet minder vlees. De overstap naar een plantaardig dieet, het EAT–Lancet dieet om precies te zijn, levert een enorme klimaatbonus op, namelijk 25 % minder uitstoot van broeikasgassen en 17 % extra land.
Klinkt goed, maar is het haalbaar? Behrens: “Noem het een utopie, ik noem het liever een visie. Een visie, waar ieder individu naar kan handelen. Dat is het mooie van de Great Food Transition, het individu is aan zet, want elke dag stellen we onszelf de vraag: wat gaan we eten?”

Paul Behrens (38) is milieuwetenschapper aan de Universiteit Leiden. In 2018 werd hij uitgeroepen tot Ontdekker van het Jaar Universiteit Leiden. In 2020 verscheen zijn boek The Best of Times, The Worst of Times: Futures from the Frontiers of Climate Science. Zijn onderzoek naar voedsel en klimaatverandering verscheen in toonaangevende wetenschappelijke tijdschriften als Nature. Het onderzoek waar hij hier over vertelt trok wereldwijd aandacht, met als hoogtepunt een live interview op de BBC.

Interview: Nicolline van der Spek. Dit interview verscheen in Leidraad, mei 2022.